Ontwikkeling en onderzoek

Dyscalculie, zin en onzin

J.E.H. van Luijt & A.J.J.M. Ruijssenaars

J.E.H. van Luit & A.J.J.M. Ruijssenaars - Opleiding Pedagogiek, Universiteit Utrecht, Opleiding Pedagogiek, Rijks Universiteit Groningen

Ernstige rekenproblemen worden in sommige gevallen een rekenstoornis of dyscalculie genoemd, op dezelfde manier waarop we een ernstig leesprobleem in bepaalde gevallen als dyslexie aanduiden. Het is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met het leren en vlot/accuraat oproepen/toepassen van reken-wiskundekennis (feiten/afspra- ken), die blijvend zijn ook na gedegen onderwijs. Het uitgangspunt dat dyscalculie een stoornis is, is gebaseerd op een aantal argumenten, namelijk dat (a) er in het ‘psychologisch’ functioneren van mensen met dyscalculie iets mis is, (b) er een redelijke samenhang tussen dyslexie en dyscalculie bestaat en dat ze elkaar als psychologische vaardigheid voor een deel lijken te overlappen, en (c) uit neuropsychologisch onderzoek de betrokkenheid van (en mogelijke uitval in) specifieke hersengebieden blijkt. Omdat dyscalculie soms in verband wordt gebracht met verstandelijke beperkingen (mentale retar- datie), dyslexie, Attention Deficit with Hyperactivity Disorder (ADHD) en Non-verbal Learning Disability (NLD) wordt hier ook kort op ingegaan. Ten slotte komen de diagnostiek en behandeling aan bod. Voor de meest volledige diagnose ‘dys- calculie’ worden de volgende typen diagnosen beschreven: onderkenning, verklaring en indicering. Voor een verantwoor- de interventie is dan verdere diagnostiek nodig en een goede analyse van het individuele probleem als een behandelings- probleem, gebruikmakend van (elkaar aanvullende alternatieve) theorieën. 

Deel dit artikel