Volgens het boekje

Burgerschap gaat over deelname aan de samenleving. In Nederland anno nu hebben we een pluriforme samenleving, waarin discriminatie verboden is, en waarin wordt gestreefd dat iedereen mee mag doen en zichzelf mag zijn. Goed burgerschapsonderwijs bereidt leerlingen voor op deze samenleving. Dat betekent bijvoorbeeld dat kinderen leren dat mensen verschillen in zaken als levensovertuiging, afkomst, geslacht, handicap of seksuele gerichtheid. En, in mijn eigen woorden¹, dat dat allemaal oké is. Daarom vind ik het goed dat kinderen in hun leermaterialen allerlei mensen tegenkomen, met al die genoemde verschillen. Dat is onderdeel van goed burgerschapsonderwijs.